Hoe efficiënt je ook bent, je komt altijd tijd te kort in je leven. Wat is de beste strategie om daarmee om te gaan?

Leiderschap is de waarheid onder ogen durven zien. Als leider moet je soms even stilstaan en in de spiegel kijken. Wat straal je uit? Hoe gaat het met je? Wat kun je beter doen (of juist laten)?
Natuurlijk kan het altijd beter, maar waar liggen je grenzen? Kun je niet nog iets productiever zijn als je het slimmer aanpakt?
Hoezeer de stapel (time)managementboeken die je hebt liggen ook het tegendeel probeert te verkondigen, er zitten grenzen aan je productiviteit. Zowel bij jezelf als bij je team en collega’s. Toch is het idee verleidelijk. Kan die grens niet nog wat verder opgerekt worden? Als je alles maar goed genoeg regelt, past het toch wel?
Een aanval op Covey?
Ik zal de laatste zijn die zegt dat ik altijd megaproductief ben, maar het laatste boek van productiviteitsexpert Oliver Burkeman deed me toch even schrikken. Een van mijn grote helden wordt daar de maat genomen.
Mijn carrière op de bühne heeft een enorme boost gekregen doordat ik het podium mocht delen met niemand minder dan de legendarische Stephen Covey. Die van The 7 Seven Habits of Highly Effective People, mijn persoonlijke bijbel mag ik wel zeggen.
En laat dat nu net de persoon zijn waar Burkeman het in zijn boek op gemunt heeft! Nu ja, niet op Covey zelf natuurlijk. Maar op één van de pijlers – habit nummer drie – ‘Putting first things first’. Volgens Burkeman zit Covey ernaast.
Bron: Sprout
Lees beslist HIER verder, de column heeft nog iets moois in petto!